Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. schleunig:


Duits

Uitgebreide vertaling voor schleunig (Duits) in het Nederlands

schleunig:

schleunig bijvoeglijk naamwoord

  1. schleunig (bald; schnell; alsbald; rasch)
    spoedig; gauw; weldra; eerstdaags; dra
  2. schleunig (rasch; schnell; geschwind; hastig; flink)
    snel; vlot; vlug; rap
    • snel bijvoeglijk naamwoord
    • vlot bijvoeglijk naamwoord
    • vlug bijvoeglijk naamwoord
    • rap bijvoeglijk naamwoord
  3. schleunig (geschwind; direkt; sofortig; )
    gauw; gezwind; direct
    • gauw bijvoeglijk naamwoord
    • gezwind bijvoeglijk naamwoord
    • direct bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor schleunig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vlot Floß; Flöße; Holzfloß
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
direct auf der Stelle; direkt; flink; geschwind; hastig; rasch; schleunig; schnell; sofortig auf der Stelle; augenblicklich; deutlich; direkt; geradlinig; gleich; kerzengerade; klar; noch einen Moment; offensichtlich; schnurgerade; sofort; sofortig; sogleich; sonnenklar; ungeschminkt; unmittelbar; unverblümt
gauw alsbald; auf der Stelle; bald; direkt; flink; geschwind; hastig; rasch; schleunig; schnell; sofortig geschwind; hastig; rasch; schnell
gezwind auf der Stelle; direkt; flink; geschwind; hastig; rasch; schleunig; schnell; sofortig
rap flink; geschwind; hastig; rasch; schleunig; schnell behende; flink; geschwind; rasch
snel flink; geschwind; hastig; rasch; schleunig; schnell fesch; flott; im Trend; modisch; mödisch; schick
spoedig alsbald; bald; rasch; schleunig; schnell
vlot flink; geschwind; hastig; rasch; schleunig; schnell fesch; fließend; flott; flüssig; im Trend; leicht; modisch; mödisch; mühelos; rasch; schick; schlechthin; spritzig; strömend
vlug flink; geschwind; hastig; rasch; schleunig; schnell
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dra alsbald; bald; rasch; schleunig; schnell
eerstdaags alsbald; bald; rasch; schleunig; schnell
weldra alsbald; bald; rasch; schleunig; schnell alsbald; balb; in Kürze