Duits
Uitgebreide vertaling voor pastoral (Duits) in het Nederlands
pastoral:
-
pastoral
-
pastoral
-
pastoral (geistlich)
herderlijk; pastoraal; van een geestelijk herder-
herderlijk bijvoeglijk naamwoord
-
pastoraal bijvoeglijk naamwoord
-
van een geestelijk herder bijvoeglijk naamwoord
-
-
pastoral (dörflich; doof; grob; derb; rustik; plump; klobig; ländlich; schwerfällig; ungeschickt; ungehobelt; pfarrlich; bäuerisch; flegelhaft; ungeschliffen; tölpelhaft; täppisch; grobschlächtig; ungeschlacht; lümmelhaft; zutäppisch)
Vertaal Matrix voor pastoral:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
pastorale | Arkadisch gedicht | |
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bucolisch | pastoral | |
dorps | bäuerisch; derb; doof; dörflich; flegelhaft; grob; grobschlächtig; klobig; ländlich; lümmelhaft; pastoral; pfarrlich; plump; rustik; schwerfällig; täppisch; tölpelhaft; ungehobelt; ungeschickt; ungeschlacht; ungeschliffen; zutäppisch | |
herderlijk | geistlich; pastoral | arkadisch; bukolisch |
pastoraal | geistlich; pastoral | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
pastorale | pastoral | |
van een geestelijk herder | geistlich; pastoral |