Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
- parallel:
-
Wiktionary:
- parallel → evenwijdig, parallel
- parallel → evenwijdig, parallel, met
Duits
Uitgebreide vertaling voor parallel (Duits) in het Nederlands
parallel:
-
parallel (gleichlaufend; synchron)
parallel; gelijklopend; evenwijdig-
parallel bijvoeglijk naamwoord
-
gelijklopend bijvoeglijk naamwoord
-
evenwijdig bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor parallel:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
parallel | Paralelle | |
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
evenwijdig | gleichlaufend; parallel; synchron | |
parallel | gleichlaufend; parallel; synchron | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
gelijklopend | gleichlaufend; parallel; synchron |
Synoniemen voor "parallel":
Wiktionary: parallel
parallel
Cross Translation:
adjective
parallel
-
Geometrie: zwei Geraden, die in einer Ebene liegen und sich nicht schneiden, sind parallel
- parallel → evenwijdig
adjective
-
in alle punten even ver in loodrechte zin verwijderd zijnde
-
evenwijdig
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• parallel | → evenwijdig; parallel | ↔ parallel — equally distant from one another at all points |
• parallel | → parallel; met | ↔ parallel — having the same overall direction |
• parallel | → evenwijdig; parallel | ↔ parallèle — À égale distance pour tout point |