Duits
Uitgebreide vertaling voor obskur (Duits) in het Nederlands
obskur:
-
obskur (angsteinflößend; angsteinjagend; gruselig; unheimlich; gespenstisch; unheilverkündend)
-
obskur (gruselig; verdächtig; mies; hinterhältig; schmierig; häßlich; gemein; dubios; heimtückisch; hinterlistig; bösartig; glitschig; niederträchtig; schuftig; böse; unheimlich; fraglich; fragwürdig; gespenstisch; teuflisch)
-
obskur (undeutlich; unklar; ungewiß; unbestimmt; trüb; haarig; faul; dunkel; finster; düster; trübe; undurchsichtig; schuftig)
-
obskur (undurchsichtig; unbestimmt; unklar; undeutlich)
ondoorzichtig; niet doorzichtig-
ondoorzichtig bijvoeglijk naamwoord
-
niet doorzichtig bijvoeglijk naamwoord
-
-
obskur (unÜbersichtlich; undurchsichtig; undeutlich; unklar; unbestimmt)
onoverzichtelijk-
onoverzichtelijk bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor obskur:
Synoniemen voor "obskur":
Computer vertaling door derden: