Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
- mannhaft:
-
Wiktionary:
- mannhaft → vastbesloten, resoluut, manmoedig, mannelijk, krjgshaftig
Duits
Uitgebreide vertaling voor mannhaft (Duits) in het Nederlands
mannhaft:
-
mannhaft (männlich)
-
mannhaft (heldenhaft; heldenmütig; mutig; kühn; tapfer; heroisch; stolz; brav; beherzt; entschieden; stark; kaltblütig; schneidig; unerschrocken; entschlossen; wagemutig; stattlich; aufrecht)
dapper; heroïsch; stout; moedig; stoutmoedig; onverschrokken; kloek; heldhaftig-
dapper bijvoeglijk naamwoord
-
heroïsch bijvoeglijk naamwoord
-
stout bijvoeglijk naamwoord
-
moedig bijvoeglijk naamwoord
-
stoutmoedig bijvoeglijk naamwoord
-
onverschrokken bijvoeglijk naamwoord
-
kloek bijvoeglijk naamwoord
-
heldhaftig bijvoeglijk naamwoord
-
-
mannhaft (furchtlos; mutig; freimütig; tapfer; keck; kühn; unverzagt; gewagt; wagemutig; unerschrocken)
stoutmoedig; koen; onbeducht; onverschrokken; onbevreesd; vermetel; manmoedig; onvervaard; kranig-
stoutmoedig bijvoeglijk naamwoord
-
koen bijvoeglijk naamwoord
-
onbeducht bijvoeglijk naamwoord
-
onverschrokken bijvoeglijk naamwoord
-
onbevreesd bijvoeglijk naamwoord
-
vermetel bijvoeglijk naamwoord
-
manmoedig bijvoeglijk naamwoord
-
onvervaard bijvoeglijk naamwoord
-
kranig bijvoeglijk naamwoord
-
-
mannhaft (tapfer; beherzt)
Vertaal Matrix voor mannhaft:
Synoniemen voor "mannhaft":
Wiktionary: mannhaft
mannhaft
adjective
-
entschlossen, tatkräftig
- mannhaft → vastbesloten; resoluut
-
männlich, in der Art eines Mannes
-
tapfer, unerschrocken
- mannhaft → krjgshaftig
Computer vertaling door derden: