Locker machen in het Nederlands vertaald uit het Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

locker machen:
- losmaken; scheiden; loskrijgen; detacheren; loswerken

Duits

Uitgebreide vertaling voor locker machen (Duits) in het Nederlands

locker machen:

locker machen werkwoord

locker machen (losmachen; trennen; lösen; auflösen; entkoppeln; unterbrechen; enträtseln; aufbinden; aufknöpfen; aufmachen; loslösen; entwirren; abkoppeln; lockern; entfesseln; aufknüpfen; aufhaken; losbekommen; loskriegen; entknoten; aufknoten)
losmaken; scheiden; loskrijgen; detacheren; loswerken
- losmaken werkwoord (maak los, maakt los, maakte los, maakten los, losgemaakt)
- scheiden werkwoord (scheid, scheidt, scheidde, scheidden, gescheiden)
- loskrijgen werkwoord (krijg los, krijgt los, kreeg los, kregen los, losgekregen)
- detacheren werkwoord (detacheer, detacheert, detacheerde, detacheerden, gedetacheerd)
- loswerken werkwoord

Vertaal Matrix voor locker machen:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
detacheren		Entsenden
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
detacheren	abkoppeln; aufbinden; aufhaken; aufknoten; aufknöpfen; aufknüpfen; auflösen; aufmachen; entfesseln; entknoten; entkoppeln; enträtseln; entwirren; locker machen; lockern; losbekommen; loskriegen; loslösen; losmachen; lösen; trennen; unterbrechen	einstellen; engagieren; in Lohndienst einstellen
loskrijgen	abkoppeln; aufbinden; aufhaken; aufknoten; aufknöpfen; aufknüpfen; auflösen; aufmachen; entfesseln; entknoten; entkoppeln; enträtseln; entwirren; locker machen; lockern; losbekommen; loskriegen; loslösen; losmachen; lösen; trennen; unterbrechen	abhängen; abkoppeln; abtrennen; andrehen; aufbekommen; aufknoten; auflösen; aufmachen; auftrennen; ausfädeln; aushecken; ausholen; ausmisten; lockern; losbekommen; loshaken; loskoppeln; loskriegen; loslösen; losmachen; losziehen; lösen; treiben
losmaken	abkoppeln; aufbinden; aufhaken; aufknoten; aufknöpfen; aufknüpfen; auflösen; aufmachen; entfesseln; entknoten; entkoppeln; enträtseln; entwirren; locker machen; lockern; losbekommen; loskriegen; loslösen; losmachen; lösen; trennen; unterbrechen	abhängen; abkoppeln; abtrennen; andrehen; aufknoten; auflösen; aufmachen; auftrennen; ausfädeln; aushecken; ausholen; ausmisten; befreien; entlassen; erlösen; freigeben; freilassen; freimachen; herbeiführen; lockern; loshaken; loskoppeln; loslösen; losmachen; losziehen; lösen; treiben; trennen; verursachen
loswerken	abkoppeln; aufbinden; aufhaken; aufknoten; aufknöpfen; aufknüpfen; auflösen; aufmachen; entfesseln; entknoten; entkoppeln; enträtseln; entwirren; locker machen; lockern; losbekommen; loskriegen; loslösen; losmachen; lösen; trennen; unterbrechen
scheiden	abkoppeln; aufbinden; aufhaken; aufknoten; aufknöpfen; aufknüpfen; auflösen; aufmachen; entfesseln; entknoten; entkoppeln; enträtseln; entwirren; locker machen; lockern; losbekommen; loskriegen; loslösen; losmachen; lösen; trennen; unterbrechen	abkoppeln; abreißen; absondern; abspalten; auflösen; aus einander spleißen; auseinandergehen; auseinanderstieben; auseinandertreiben; entkoppeln; loskoppeln; losreißen; scheiden; separieren; spleißen; splissen; teilen; trennen; wegreißen; zerlegen; zerreißen

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van locker machen

Remove Ads

Vertaal locker machen van Duits naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor locker machen (Duits) in het Nederlands

locker machen:

locker machen werkwoord

locker machen (losmachen; trennen; lösen; auflösen; entkoppeln; unterbrechen; enträtseln; aufbinden; aufknöpfen; aufmachen; loslösen; entwirren; abkoppeln; lockern; entfesseln; aufknüpfen; aufhaken; losbekommen; loskriegen; entknoten; aufknoten)

Vertaal Matrix voor locker machen:

Verwante vertalingen van locker machen