Duits

Uitgebreide vertaling voor lobpreisen (Duits) in het Nederlands

lobpreisen:

lobpreisen werkwoord (lobpreise, lobpreisest, lobpreist, lobpries, lobpriest, lobgepriesen)

  1. lobpreisen (sich lobend ausdrücken; preisen; in den Himmel heben; )
    loven; prijzen; roemen; zich lovend uitlaten; vereren
    • loven werkwoord (loof, looft, loofde, loofden, geloofd)
    • prijzen werkwoord (prijs, prijst, prijsde, prijsden, geprijsd)
    • roemen werkwoord (roem, roemt, roemde, roemden, geroemd)
    • vereren werkwoord (vereer, vereert, vereerde, vereerden, vereerd)
  2. lobpreisen (Ehrfurcht bezeigen; ehren; rühmen; )
    eren; eerbied bewijzen
  3. lobpreisen (herausstreichen; indenHimmelheben; loben; )
    de hemel in prijzen; ophemelen; hemelhoog prijzen
  4. lobpreisen (preisen; rühmen; loben)
    prijzen; van een prijs voorzien
  5. lobpreisen (preisen; loben; ehren; rühmen; inden Himmel heben)
    lofprijzen
    • lofprijzen werkwoord (lofprijs, lofprijst, lofprees, lofprezen, lofgeprezen)

Conjugations for lobpreisen:

Präsens
  1. lobpreise
  2. lobpreisest
  3. lobpreist
  4. lobpreisen
  5. lobpreist
  6. lobpreisen
Imperfekt
  1. lobpries
  2. lobpriest
  3. lobpries
  4. lobpriesen
  5. lobpriest
  6. lobpriesen
Perfekt
  1. habe lobgepriesen
  2. hast lobgepriesen
  3. hat lobgepriesen
  4. haben lobgepriesen
  5. habt lobgepriesen
  6. haben lobgepriesen
1. Konjunktiv [1]
  1. lobpreise
  2. lobpreisest
  3. lobpreise
  4. lobpreisen
  5. lobpreiset
  6. lobpreisen
2. Konjunktiv
  1. lobpries
  2. lobpriesest
  3. lobpries
  4. lobpriesen
  5. lobpries
  6. lobpriesen
Futur 1
  1. werde lobpreisen
  2. wirst lobpreisen
  3. wird lobpreisen
  4. werden lobpreisen
  5. werdet lobpreisen
  6. werden lobpreisen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde lobpreisen
  2. würdest lobpreisen
  3. würde lobpreisen
  4. würden lobpreisen
  5. würdet lobpreisen
  6. würden lobpreisen
Diverses
  1. lobpreis!
  2. lobpreist!
  3. lobpreisen Sie!
  4. lobgepriesen
  5. lobpreisen
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor lobpreisen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eren Achten; Ehren; Erweisen der Ehre
prijzen Preisen; Rühmen; Verherrlichen
roemen Preisen; Rühmen; Verherrlichen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
de hemel in prijzen achten; ehren; herausstreichen; hochachten; indenHimmelheben; loben; lobpreisen; preisen; rühmen; segnen
eerbied bewijzen Ehrfurcht bezeigen; achten; ehren; herausstreichen; hochachten; indenHimmelheben; loben; lobpreisen; preisen; rühmen; segnen
eren Ehrfurcht bezeigen; achten; ehren; herausstreichen; hochachten; indenHimmelheben; loben; lobpreisen; preisen; rühmen; segnen achten; ehren; hochachten; huldigen
hemelhoog prijzen achten; ehren; herausstreichen; hochachten; indenHimmelheben; loben; lobpreisen; preisen; rühmen; segnen
lofprijzen ehren; inden Himmel heben; loben; lobpreisen; preisen; rühmen
loven hochschätzen; in den Himmel heben; loben; lobpreisen; preisen; schätzen; sich lobend ausdrücken
ophemelen achten; ehren; herausstreichen; hochachten; indenHimmelheben; loben; lobpreisen; preisen; rühmen; segnen
prijzen hochschätzen; in den Himmel heben; loben; lobpreisen; preisen; rühmen; schätzen; sich lobend ausdrücken
roemen hochschätzen; in den Himmel heben; loben; lobpreisen; preisen; schätzen; sich lobend ausdrücken
van een prijs voorzien loben; lobpreisen; preisen; rühmen
vereren hochschätzen; in den Himmel heben; loben; lobpreisen; preisen; schätzen; sich lobend ausdrücken
zich lovend uitlaten hochschätzen; in den Himmel heben; loben; lobpreisen; preisen; schätzen; sich lobend ausdrücken

Synoniemen voor "lobpreisen":


Wiktionary: lobpreisen

lobpreisen
verb
  1. iemand lof toezwaaien