Duits
Uitgebreide vertaling voor linieren (Duits) in het Nederlands
linieren:
-
linieren (liniieren; abnehmen)
-
linieren (streifen)
strepen; strepen trekken-
strepen trekken werkwoord (trek streep, trekt streep, trok streep, trokken streep, streep getrokkenn)
-
linieren
Conjugations for linieren:
Präsens
- liniere
- linierst
- liniert
- linieren
- liniert
- linieren
Imperfekt
- linierte
- liniertest
- linierte
- linierten
- liniertet
- linierten
Perfekt
- habe liniert
- hast liniert
- hat liniert
- haben liniert
- habt liniert
- haben liniert
1. Konjunktiv [1]
- liniere
- linierest
- liniere
- linieren
- linieret
- linieren
2. Konjunktiv
- linierte
- liniertest
- linierte
- linierten
- liniertet
- linierten
Futur 1
- werde linieren
- wirst linieren
- wird linieren
- werden linieren
- werdet linieren
- werden linieren
1. Konjunktiv [2]
- würde linieren
- würdest linieren
- würde linieren
- würden linieren
- würdet linieren
- würden linieren
Diverses
- linier!
- liniert!
- linieren Sie!
- liniert
- linierend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Vertaal Matrix voor linieren:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
lijnen | Abnehmen; Diät; Diät halten | |
strepen | Streifen; Striche | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
belijnen | linieren | |
lijnen | abnehmen; linieren; liniieren | |
liniëren | linieren | |
strepen | linieren; streifen | |
strepen trekken | linieren; streifen | |
van lijnen voorzien | linieren |
Computer vertaling door derden: