Duits
Uitgebreide vertaling voor leichtpikiert (Duits) in het Nederlands
leichtpikiert:
-
leichtpikiert (empfindlich; leichterregbar)
humeurig; gevoelig; lichtgeraakt; aangebrand; korzelig-
humeurig bijvoeglijk naamwoord
-
gevoelig bijvoeglijk naamwoord
-
lichtgeraakt bijvoeglijk naamwoord
-
aangebrand bijvoeglijk naamwoord
-
korzelig bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor leichtpikiert:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
aangebrand | empfindlich; leichterregbar; leichtpikiert | angebrannt; erregt; gereizt; giftig; irritiert; reizbar; verärgert |
gevoelig | empfindlich; leichterregbar; leichtpikiert | betroffen; bewegt; empfindlich; empfindsam; empfänglich; ergriffen; gerührt; rührselig; sentimental |
humeurig | empfindlich; leichterregbar; leichtpikiert | launenhaft; launisch; mürrisch; nörgelig; schlecht gelaunt; übellaunig |
korzelig | empfindlich; leichterregbar; leichtpikiert | barsch; brüsk; griesgrämig; knurrig; kurzweg; mürrisch; reizbar; sauertöpfisch; schlechtgelaunt; schroff; verdrießlich |
lichtgeraakt | empfindlich; leichterregbar; leichtpikiert |