Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
- leicht:
-
Wiktionary:
- leicht → gemakkelijk, makkelijk, licht
- leicht → gemakkelijk, makkelijk, licht, onbeduidend
Duits
Uitgebreide vertaling voor leicht (Duits) in het Nederlands
leicht:
-
leicht (nicht schwer; einfach; simpel; mühelos; imHandumdrehen; stumpfsinnig; dumm; anspruchslos; glatt; schlicht; stumpf; geistlos; albern; kindisch; bei weitem)
eenvoudig; gemakkelijk; makkelijk; simpel; licht; niet moeilijk-
eenvoudig bijvoeglijk naamwoord
-
gemakkelijk bijvoeglijk naamwoord
-
makkelijk bijvoeglijk naamwoord
-
simpel bijvoeglijk naamwoord
-
licht bijvoeglijk naamwoord
-
niet moeilijk bijvoeglijk naamwoord
-
-
leicht (anspruchslos; licht; gering; gewöhnlich; gemütlich; glatt; gelinde; mühelos; einfältig; gefügig; gemächlich; geistesschwach; einfach)
-
leicht (sorglos; unbekümmert; ruhig; locker; luftig; unbesorgt; sorgenlos; unaufmerksam; unachtsam; ungerührt; gelassen; ausgelassen; nachlässig; spielerisch; gedankenlos)
zorgeloos; luchthartig; gerust; onbesuisd; onbezorgd; onbekommerd-
zorgeloos bijvoeglijk naamwoord
-
luchthartig bijvoeglijk naamwoord
-
gerust bijvoeglijk naamwoord
-
onbesuisd bijvoeglijk naamwoord
-
onbezorgd bijvoeglijk naamwoord
-
onbekommerd bijvoeglijk naamwoord
-
-
leicht (praktisch; simpel)
practisch; nuttig; gemakkelijk-
practisch bijvoeglijk naamwoord
-
nuttig bijvoeglijk naamwoord
-
gemakkelijk bijvoeglijk naamwoord
-
-
leicht (schlechthin; mühelos; rasch)
-
leicht (bequem; komfortabel; gemütlich; gemächlich; angenehm; behaglich; bequemlich; schön; einfach; häuslich; vergnüglich; gesellig; glatt; wohltuend; simpel)
comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk; aangenaam-
comfortabel bijvoeglijk naamwoord
-
gemakkelijk bijvoeglijk naamwoord
-
geriefelijk bijvoeglijk naamwoord
-
aangenaam bijvoeglijk naamwoord
-
-
leicht (mühelos; ungezwungen; einfach; gemächlich; harmlos; gewöhnlich; licht; glatt; einfältig; gefügig; zwanglos; simpel; ungekünstelt; imHandumdrehen; sanft; schlicht; gelinde; anspruchslos; kindisch; formlos)
moeiteloos; zonder moeite; in een handomdraai; vanzelf-
moeiteloos bijvoeglijk naamwoord
-
zonder moeite bijvoeglijk naamwoord
-
in een handomdraai bijvoeglijk naamwoord
-
vanzelf bijwoord
-
-
leicht (mühelos)
gemakkelijk-
gemakkelijk bijwoord
-
Vertaal Matrix voor leicht:
Synoniemen voor "leicht":
Wiktionary: leicht
leicht
Cross Translation:
adjective
leicht
adjective
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• leicht | → gemakkelijk; makkelijk | ↔ easy — requiring little skill or effort |
• leicht | → licht | ↔ light — of low weight |
• leicht | → licht | ↔ light — low in fat, calories, alcohol, salt, etc. |
• leicht | → onbeduidend | ↔ slight — insignificant |
• leicht | → gemakkelijk | ↔ facile — Qui se faire sans peine. |
• leicht | → licht | ↔ léger — Dont le poids est faible, qui ne pèse guère. |