Duits

Uitgebreide vertaling voor lecker (Duits) in het Nederlands

lecker:

lecker bijvoeglijk naamwoord

  1. lecker (verlockend; appetittlich; schmackhaft)
    smakelijk; lekker; verlokkend; aanlokkelijk

Vertaal Matrix voor lecker:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanlokkelijk appetittlich; lecker; schmackhaft; verlockend allerliebst; anmutig; anmutsvoll; anziehend; attraktiv; charmant; einladend; entzückend; flott; gefällig; goldig; graziös; gutaussehend; hübsch; lieblich; reizend; reizvoll; schick; schmackhaft; schön; verlockend; zierlich
lekker appetittlich; lecker; schmackhaft; verlockend angenehm; behaglich; herrlich; köstlich; wohltuend
smakelijk appetittlich; lecker; schmackhaft; verlockend herrlich; köstlich
verlokkend appetittlich; lecker; schmackhaft; verlockend anmutig; anmutsvoll; anziehend; attraktiv; einladend; hübsch; reizend; reizvoll; schmackhaft; schön; verführerisch; verlockend; zierlich

Synoniemen voor "lecker":


Wiktionary: lecker

lecker
adjective
  1. zeer aangenaam
  2. aangenaam van smaak
  3. goed van smaak zijnd of van een goede smaak genietend

Cross Translation:
FromToVia
lecker heerlijk; smakelijk; lekker delicious — pleasing to taste
lecker goed good — of food, having a particularly pleasant taste
lecker lekker; aangename; aangenaam; lekkere nice — having a pleasant taste or aroma
lecker zoet sweet — having a pleasant taste
lecker delicaat; fijn; gevoelig; iel; kies; kieskeurig; tactvol; teder; teer délicat — Qui est d’une très grande finesse, très délié.
lecker smulpartij gueuleton — (familier, fr) repas intime, gai et copieux, partie de table.

Verwante vertalingen van lecker