Duits

Uitgebreide vertaling voor informell (Duits) in het Nederlands

informell:

informell bijvoeglijk naamwoord

  1. informell (unverbindlich; inoffiziell)
    informeel; vrijblijvend; voorlopig
  2. informell (inoffiziell)
    onofficieel; officieus; zijdelings; niet officieel
  3. informell (fakultativ; wahlfrei; unverbindlich)
    facultatief; niet verplicht

Vertaal Matrix voor informell:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
facultatief fakultativ; informell; unverbindlich; wahlfrei
informeel informell; inoffiziell; unverbindlich
officieus informell; inoffiziell
onofficieel informell; inoffiziell
voorlopig informell; inoffiziell; unverbindlich augenblicklich; aushilfsweise; imAugenblick; imMoment; momentan; provisorisch; temporär; vorübergehend; zeitlich; zeitweilig
vrijblijvend informell; inoffiziell; unverbindlich
zijdelings informell; inoffiziell auf indirektem Wege; indirekt
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
niet officieel informell; inoffiziell
niet verplicht fakultativ; informell; unverbindlich; wahlfrei

Synoniemen voor "informell":