Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. hochgewachsen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor hochgewachsen (Duits) in het Nederlands

hochgewachsen:

hochgewachsen bijvoeglijk naamwoord

  1. hochgewachsen (großwüchsig; aufgeschossen)
    opgeschoten
  2. hochgewachsen
    hoog gegroeid; hoog gerezen
  3. hochgewachsen (groß; stattlich; schlank)
    rijzig
    • rijzig bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor hochgewachsen:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
opgeschoten aufgeschossen; großwüchsig; hochgewachsen großwüchsiger; hochgewachsener; hochgewachsener Junge; schlacksiger
rijzig groß; hochgewachsen; schlank; stattlich
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hoog gegroeid hochgewachsen
hoog gerezen hochgewachsen