Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. hinschmeißen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor hinschmeißen (Duits) in het Nederlands

hinschmeißen:

hinschmeißen werkwoord

  1. hinschmeißen (schmeißen)
    kwakken; smakken; neerkwakken
    • kwakken werkwoord (kwak, kwakt, kwakte, kwakten, gekwakt)
    • smakken werkwoord (smak, smakt, smakte, smakten, gesmakt)
    • neerkwakken werkwoord

Vertaal Matrix voor hinschmeißen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kwakken Klackse; Kleckse
smakken Fraß; Knallen; Schmatzen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kwakken hinschmeißen; schmeißen
neerkwakken hinschmeißen; schmeißen
smakken hinschmeißen; schmeißen schmatzen; schmatzen beim Essen

Synoniemen voor "hinschmeißen":

  • geschlagen geben; ins Bockshorn jagen lassen; aufgeben; aufstecken; das Handtuch schmeißen; das Handtuch werfen; die Flinte ins Korn werfen; die Segel streichen; die Waffen strecken; kapitulieren; klein beigeben; passen

Computer vertaling door derden: