Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. fröstelig:


Duits

Uitgebreide vertaling voor fröstelig (Duits) in het Nederlands

fröstelig:

fröstelig bijvoeglijk naamwoord

  1. fröstelig (sich scheuen; zögernd)
    huiverig
  2. fröstelig (verfroren; kälteempfindlich; frästelnd)
    kouwelijk

Vertaal Matrix voor fröstelig:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
huiverig fröstelig; sich scheuen; zögernd
kouwelijk frästelnd; fröstelig; kälteempfindlich; verfroren

Computer vertaling door derden: