Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. feuchtkalt:


Duits

Uitgebreide vertaling voor feuchtkalt (Duits) in het Nederlands

feuchtkalt:

feuchtkalt bijvoeglijk naamwoord

  1. feuchtkalt (feucht; naß; klamm; beschlagen)
    vochtig; humide; nat
    • vochtig bijvoeglijk naamwoord
    • humide bijvoeglijk naamwoord
    • nat bijvoeglijk naamwoord
  2. feuchtkalt (kalt; naßkalt; kühl)
    kil; guur
    • kil bijvoeglijk naamwoord
    • guur bijvoeglijk naamwoord
  3. feuchtkalt (naßkalt; kalt; feucht; )
    koud en vochtig; kil

Vertaal Matrix voor feuchtkalt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nat Feuchtigkeit; Flüssigkeit; Getränk; Naß
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
guur feuchtkalt; kalt; kühl; naßkalt
kil feucht; feuchtkalt; frostig; kalt; klamm; kühl; naßkalt; unangenehm frostig; ziemlich kalt
nat beschlagen; feucht; feuchtkalt; klamm; naß naß; regnerisch; trüb; trübe
vochtig beschlagen; feucht; feuchtkalt; klamm; naß
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
humide beschlagen; feucht; feuchtkalt; klamm; naß
koud en vochtig feucht; feuchtkalt; frostig; kalt; klamm; kühl; naßkalt; unangenehm

Synoniemen voor "feuchtkalt":


Computer vertaling door derden: