Duits
Uitgebreide vertaling voor fachkundig (Duits) in het Nederlands
fachkundig:
-
fachkundig (fachgerecht; sachverständig; kompetent; sachkundig; fachmännisch)
vakbekwaam; vakkundig; competent; deskundig; oordeelkundig; ter zake kundig-
vakbekwaam bijvoeglijk naamwoord
-
vakkundig bijvoeglijk naamwoord
-
competent bijvoeglijk naamwoord
-
deskundig bijvoeglijk naamwoord
-
oordeelkundig bijvoeglijk naamwoord
-
ter zake kundig bijvoeglijk naamwoord
-
-
fachkundig (fachgerecht)
Vertaal Matrix voor fachkundig:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
competent | fachgerecht; fachkundig; fachmännisch; kompetent; sachkundig; sachverständig | befähig; fähig; kapabel; kompetent |
deskundig | fachgerecht; fachkundig; fachmännisch; kompetent; sachkundig; sachverständig | |
kundig | fachgerecht; fachkundig | aufgeweckt; ausgelernt; behende; fachmännisch; fähig; geistreich; gekonnt; gescheit; geschickt; geschult; gewandt; geübt; handlich; klug; kundig; pfiffig; raffiniert; sachverständig; scharfsichtig; scharfsinnig; schlau; spitzfindig; tauglich; treffend; tüchtig |
oordeelkundig | fachgerecht; fachkundig; fachmännisch; kompetent; sachkundig; sachverständig | |
vakbekwaam | fachgerecht; fachkundig; fachmännisch; kompetent; sachkundig; sachverständig | |
vakkundig | fachgerecht; fachkundig; fachmännisch; kompetent; sachkundig; sachverständig | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
ter zake kundig | fachgerecht; fachkundig; fachmännisch; kompetent; sachkundig; sachverständig |
Synoniemen voor "fachkundig":
Computer vertaling door derden: