Duits
Uitgebreide vertaling voor erstaunt (Duits) in het Nederlands
erstaunt:
-
erstaunt (verdutzt; verblüfft; fassungslos)
verbouwereerd; verbaasd; stomverbaasd; perplex; beduusd; ontdaan; ontzet; ontsteld; onthutst-
verbouwereerd bijvoeglijk naamwoord
-
verbaasd bijvoeglijk naamwoord
-
stomverbaasd bijvoeglijk naamwoord
-
perplex bijvoeglijk naamwoord
-
beduusd bijvoeglijk naamwoord
-
ontdaan bijvoeglijk naamwoord
-
ontzet bijvoeglijk naamwoord
-
ontsteld bijvoeglijk naamwoord
-
onthutst bijvoeglijk naamwoord
-
-
erstaunt (sprachlos; verblüfft; entsetzt)
verbaasd; sprakeloos; met de mond vol tanden; verbijsterd; verwonderd; verstomd; met open mond; verbluft-
verbaasd bijvoeglijk naamwoord
-
sprakeloos bijvoeglijk naamwoord
-
met de mond vol tanden bijvoeglijk naamwoord
-
verbijsterd bijvoeglijk naamwoord
-
verwonderd bijvoeglijk naamwoord
-
verstomd bijvoeglijk naamwoord
-
met open mond bijvoeglijk naamwoord
-
verbluft bijvoeglijk naamwoord
-
-
erstaunt (verblüfft; sprachlos; verdutzt; baff; perplex; äußerst verwundert)
-
erstaunt (überrumpelt; entgeistert; verdutzt; baff; verblüfft; perplex)
-
erstaunt (verblüfft)
verbijsterd; uiterst verbaasd-
verbijsterd bijvoeglijk naamwoord
-
uiterst verbaasd bijvoeglijk naamwoord
-
-
erstaunt (verblüfft; entsetzt; baff; betroffen; betreten; fassungslos; erschüttert; bestürzt; verdutzt; perplex)