Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor entgegengehen (Duits) in het Nederlands

entgegengehen:

entgegengehen werkwoord

  1. entgegengehen (begegnen; annähern; entgegenkommen; herankommen)
    tegemoetkomen; toenaderen; naderen
    • tegemoetkomen werkwoord (kom tegemoet, komt tegemoet, kwam tegemoet, kwamen tegemoet, tegemoet gekomen)
    • toenaderen werkwoord (nader toe, nadert toe, naderde toe, naderden toe, toegenaderd)
    • naderen werkwoord (nader, nadert, naderde, naderden, genaderd)
  2. entgegengehen (entgegenkommen; begegnen)
    tegemoetkomen; concessies doen; welwillendheid tonen
    • tegemoetkomen werkwoord (kom tegemoet, komt tegemoet, kwam tegemoet, kwamen tegemoet, tegemoet gekomen)
    • concessies doen werkwoord (doe concessies, doet concessies, deed concessies, deden concessies, concessies gedaan)

Vertaal Matrix voor entgegengehen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
naderen Annäherung; Bemühung; Entgegenkommen
tegemoetkomen Annäherung; Bemühung; Entgegenkommen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
concessies doen begegnen; entgegengehen; entgegenkommen
naderen annähern; begegnen; entgegengehen; entgegenkommen; herankommen anfliegen; heranfliegen; herankommen; näher kommen; sich nähern; zufliegen
tegemoetkomen annähern; begegnen; entgegengehen; entgegenkommen; herankommen
toenaderen annähern; begegnen; entgegengehen; entgegenkommen; herankommen annähern; herankommen
welwillendheid tonen begegnen; entgegengehen; entgegenkommen