Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Vertaal einsteigen

Vertaal einsteigen van Duits naar Nederlands

Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. einsteigen:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor einsteigen (Duits) in het Nederlands

einsteigen:

einsteigen werkwoord (steige ein, steigst ein, steigt ein, stieg ein, stiegt ein, eingestiegen)

  1. einsteigen
    instappen
    • instappen werkwoord (stap in, stapt in, stapte in, stapten in, ingestapt)
  2. einsteigen (eintreten; einkommen; eingehen; )
    betreden; binnenkomen; ingaan; binnentreden; binnengaan; binnenstappen; binnenlopen
    • betreden werkwoord (betreed, betreedt, betrad, betraden, betreden)
    • binnenkomen werkwoord (kom binnen, komt binnen, kwam binnen, kwamen binnen, binnengekomen)
    • ingaan werkwoord (ga in, gaat in, ging in, gingen in, ingegaan)
    • binnentreden werkwoord (treed binnen, treedt binnen, trad binnen, traden binnen, binnengetreden)
    • binnengaan werkwoord (ga binnen, gaat binnen, ging binnen, gingen binnen, binnengegaan)
    • binnenstappen werkwoord (stap binnen, stapt binnen, stapte binnen, stapten binnen, binnengestapt)
    • binnenlopen werkwoord (loop binnen, loopt binnen, liep binnen, liepen binnen, binnengelopen)
  3. einsteigen (Mitglied werden; eintreten)
    lid worden
    • lid worden werkwoord (word lid, wordt lid, werd lid, werden lid, lid geworden)
  4. einsteigen (einschiffen; entern)
    aan boord gaan; aan boord klimmen
    • aan boord gaan werkwoord (ga aan boord, gaat aan boord, ging aan boord, gingen aan boord, aan boord gegaan)
    • aan boord klimmen werkwoord (klim aan boord, klimt aan boord, klom aan boord, klommen aan boord, aan boord geklommen)
  5. einsteigen (einschiffen; entern)
    verschepen
    • verschepen werkwoord (verscheep, verscheept, verscheepte, verscheepten, verscheept)

Conjugations for einsteigen:

Präsens
  1. steige ein
  2. steigst ein
  3. steigt ein
  4. steigen ein
  5. steigt ein
  6. steigen ein
Imperfekt
  1. stieg ein
  2. stiegst ein
  3. stieg ein
  4. stiegen ein
  5. stiegt ein
  6. stiegen ein
Perfekt
  1. habe eingestiegen
  2. hast eingestiegen
  3. hat eingestiegen
  4. haben eingestiegen
  5. habt eingestiegen
  6. haben eingestiegen
1. Konjunktiv [1]
  1. steige ein
  2. steigest ein
  3. steige ein
  4. steigen ein
  5. steiget ein
  6. steigen ein
2. Konjunktiv
  1. stiege ein
  2. stiegest ein
  3. stiege ein
  4. stiegen ein
  5. stieget ein
  6. stiegen ein
Futur 1
  1. werde einsteigen
  2. wirst einsteigen
  3. wird einsteigen
  4. werden einsteigen
  5. werdet einsteigen
  6. werden einsteigen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde einsteigen
  2. würdest einsteigen
  3. würde einsteigen
  4. würden einsteigen
  5. würdet einsteigen
  6. würden einsteigen
Diverses
  1. steig ein!
  2. steigt ein!
  3. steigen Sie ein!
  5. eingestiegen
  6. einsteigend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor einsteigen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
binnengaan Eindringen; Eintreten; Hineingehen
ingaan Anfangen; Eingehen
instappen Einsteigen
verschepen Verschiffung
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aan boord gaan einschiffen; einsteigen; entern einschiffen
aan boord klimmen einschiffen; einsteigen; entern
betreden eindringen; einfahren; eingehen; einkommen; einlassen; einlaufen; einsteigen; eintreten; hereinkommen; hereinkriegen; hereinlaufen; hineingehen; hineinlaufen; hinzukommen; inKrafttreten; steuern belaufen; betreten; bewandern; wandern
binnengaan eindringen; einfahren; eingehen; einkommen; einlassen; einlaufen; einsteigen; eintreten; hereinkommen; hereinkriegen; hereinlaufen; hineingehen; hineinlaufen; hinzukommen; inKrafttreten; steuern
binnenkomen eindringen; einfahren; eingehen; einkommen; einlassen; einlaufen; einsteigen; eintreten; hereinkommen; hereinkriegen; hereinlaufen; hineingehen; hineinlaufen; hinzukommen; inKrafttreten; steuern
binnenlopen eindringen; einfahren; eingehen; einkommen; einlassen; einlaufen; einsteigen; eintreten; hereinkommen; hereinkriegen; hereinlaufen; hineingehen; hineinlaufen; hinzukommen; inKrafttreten; steuern
binnenstappen eindringen; einfahren; eingehen; einkommen; einlassen; einlaufen; einsteigen; eintreten; hereinkommen; hereinkriegen; hereinlaufen; hineingehen; hineinlaufen; hinzukommen; inKrafttreten; steuern
binnentreden eindringen; einfahren; eingehen; einkommen; einlassen; einlaufen; einsteigen; eintreten; hereinkommen; hereinkriegen; hereinlaufen; hineingehen; hineinlaufen; hinzukommen; inKrafttreten; steuern
ingaan eindringen; einfahren; eingehen; einkommen; einlassen; einlaufen; einsteigen; eintreten; hereinkommen; hereinkriegen; hereinlaufen; hineingehen; hineinlaufen; hinzukommen; inKrafttreten; steuern reagieren
instappen einsteigen
lid worden Mitglied werden; einsteigen; eintreten
verschepen einschiffen; einsteigen; entern

Synoniemen voor "einsteigen":


Wiktionary: einsteigen

Cross Translation:
FromToVia
• einsteigen → opstappen; aan boord gaan; instappen ↔ board — to step or climb
• einsteigen → binnenraken ↔ get in — to enter







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0434 seconde
Page rendered in 1.0 seconds