Duits
Uitgebreide vertaling voor bombastisch (Duits) in het Nederlands
bombastisch:
-
bombastisch (aufgeblasen; geschwollen; schwülstig; pathetisch; theatralisch; hochtrabend)
bombastisch; hoogdravend; pompeus; opgeblazen; gezwollen-
bombastisch bijvoeglijk naamwoord
-
hoogdravend bijvoeglijk naamwoord
-
pompeus bijvoeglijk naamwoord
-
opgeblazen bijvoeglijk naamwoord
-
gezwollen bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor bombastisch:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bombastisch | aufgeblasen; bombastisch; geschwollen; hochtrabend; pathetisch; schwülstig; theatralisch | |
gezwollen | aufgeblasen; bombastisch; geschwollen; hochtrabend; pathetisch; schwülstig; theatralisch | aufgedunsen; geschwollen |
hoogdravend | aufgeblasen; bombastisch; geschwollen; hochtrabend; pathetisch; schwülstig; theatralisch | |
opgeblazen | aufgeblasen; bombastisch; geschwollen; hochtrabend; pathetisch; schwülstig; theatralisch | aufgedunsen; geschwollen |
pompeus | aufgeblasen; bombastisch; geschwollen; hochtrabend; pathetisch; schwülstig; theatralisch |