Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. bekämpft:
  2. bekämpfen:
  3. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor bekämpft (Duits) in het Nederlands

bekämpft:

bekämpft bijvoeglijk naamwoord

  1. bekämpft (bestritten; dementiert; entgegengetreten; abgestritten)
    tegengegaan; bestreden; verzet

Vertaal Matrix voor bekämpft:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
verzet Auflehnung; Aufruhr; Aufstand; Einspruch; Entspannung; Erhebung; Gegenrede; Illegalität; Protest; Rebellion; Volksaufstand; Volkserhebung; Widerspruch; Widerstandsbewegung
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bestreden abgestritten; bekämpft; bestritten; dementiert; entgegengetreten
tegengegaan abgestritten; bekämpft; bestritten; dementiert; entgegengetreten
verzet abgestritten; bekämpft; bestritten; dementiert; entgegengetreten

bekämpfen:

bekämpfen werkwoord (bekämpfe, bekämpfst, bekämpft, bekämpfte, bekämpftet, bekämpft)

  1. bekämpfen (bestreiten; kämpfen; schlagen; streiten; fechten)
    bestrijden; bevechten; bekampen
    • bestrijden werkwoord (bestrijd, bestrijdt, bestreed, bestreden, bestreden)
    • bevechten werkwoord (bevecht, bevocht, bevochten, bevochten)
    • bekampen werkwoord (bekamp, bekampt, bekampte, bekampten, bekampt)
  2. bekämpfen (schlagen; streiten; sich duellieren; )
    vechten; bakkeleien; knokken; duelleren; kampen; matten
    • vechten werkwoord (vecht, vocht, vochten, gevochten)
    • bakkeleien werkwoord (bakkelei, bakkeleit, bakkeleide, bakkeleiden, gebakkeleid)
    • knokken werkwoord (knok, knokt, knokte, knokten, geknokt)
    • duelleren werkwoord (duelleer, duelleert, duelleerde, duelleerden, geduelleerd)
    • kampen werkwoord (kamp, kampt, kampte, kampten, gekampt)
    • matten werkwoord (mat, matte, matten, gemat)
  3. bekämpfen (schlagen; bestreiten)
    kleunen
    • kleunen werkwoord (kleun, kleunt, kleunde, kleunden, gekleund)

Conjugations for bekämpfen:

Präsens
  1. bekämpfe
  2. bekämpfst
  3. bekämpft
  4. bekämpfen
  5. bekämpft
  6. bekämpfen
Imperfekt
  1. bekämpfte
  2. bekämpftest
  3. bekämpfte
  4. bekämpften
  5. bekämpftet
  6. bekämpften
Perfekt
  1. habe bekämpft
  2. hast bekämpft
  3. hat bekämpft
  4. haben bekämpft
  5. habt bekämpft
  6. haben bekämpft
1. Konjunktiv [1]
  1. bekämpfe
  2. bekämpfest
  3. bekämpfe
  4. bekämpfen
  5. bekämpfet
  6. bekämpfen
2. Konjunktiv
  1. bekämpfte
  2. bekämpftest
  3. bekämpfte
  4. bekämpften
  5. bekämpftet
  6. bekämpften
Futur 1
  1. werde bekämpfen
  2. wirst bekämpfen
  3. wird bekämpfen
  4. werden bekämpfen
  5. werdet bekämpfen
  6. werden bekämpfen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde bekämpfen
  2. würdest bekämpfen
  3. würde bekämpfen
  4. würden bekämpfen
  5. würdet bekämpfen
  6. würden bekämpfen
Diverses
  1. bekämpf!
  2. bekämpft!
  3. bekämpfen Sie!
  4. bekämpft
  5. bekämpfend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor bekämpfen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bestrijden Abstreiten; Anfechten; Angreifen
vechten Kämpfen; Streiten
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bakkeleien balgen; bekämpfen; bestreiten; schlagen; sich duellieren; sich keilen; sich raufen; streiten sich sanken; sich streiten
bekampen bekämpfen; bestreiten; fechten; kämpfen; schlagen; streiten
bestrijden bekämpfen; bestreiten; fechten; kämpfen; schlagen; streiten anfechten; angreifen
bevechten bekämpfen; bestreiten; fechten; kämpfen; schlagen; streiten
duelleren balgen; bekämpfen; bestreiten; schlagen; sich duellieren; sich keilen; sich raufen; streiten
kampen balgen; bekämpfen; bestreiten; schlagen; sich duellieren; sich keilen; sich raufen; streiten fechten; kämpfen; streiten
kleunen bekämpfen; bestreiten; schlagen
knokken balgen; bekämpfen; bestreiten; schlagen; sich duellieren; sich keilen; sich raufen; streiten kämpfen; sich prügeln; streiten
matten balgen; bekämpfen; bestreiten; schlagen; sich duellieren; sich keilen; sich raufen; streiten kämpfen; sich prügeln; streiten
vechten balgen; bekämpfen; bestreiten; schlagen; sich duellieren; sich keilen; sich raufen; streiten fechten; kämpfen; sich prügeln; streiten

Synoniemen voor "bekämpfen":


Wiktionary: bekämpfen

bekämpfen
verb
  1. de strijd aanbinden met iets of iemand

Cross Translation:
FromToVia
bekämpfen bestrijden; bevechten battle — (transitive) to assail in battle; to fight
bekämpfen tegengaan counteract — to act in opposition to
bekämpfen bevechten; bekampen fight — to counteract