Duits
Uitgebreide vertaling voor ausfließen in (Duits) in het Nederlands
ausfließen in:
-
ausfließen in (münden)
uitmonden; uitstromen; uitvloeien in-
uitvloeien in werkwoord (vloei uit in, vloeit uit in, vloeide uit in, vloeiden uit in, uitgevloeid in)
Vertaal Matrix voor ausfließen in:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
uitmonden | ausfließen in; münden | resultieren; zur Folge haben |
uitstromen | ausfließen in; münden | |
uitvloeien in | ausfließen in; münden | auslaufen; auswirken; erfolgen; erstehen; fließen; folgen; folgern; führen; gipfeln; hervorgehen; kulminieren; münden; sichergeben; zur Folge haben |
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
uitstromen | herauskommen; herausströmen |