Duits
Uitgebreide vertaling voor aufmarschieren (Duits) in het Nederlands
aufmarschieren:
-
aufmarschieren (ausrücken)
Vertaal Matrix voor aufmarschieren:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
oprukken | Aufrücken; Vorgehen | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
opmarcheren | aufmarschieren; ausrücken | |
oprukken | aufmarschieren; ausrücken |