Duits
Uitgebreide vertaling voor akkomodieren (Duits) in het Nederlands
akkomodieren:
akkomodieren werkwoord (akkomodiere, akkomodierst, akkomodiert, akkomodierte, akkomodiertet, akkomodiert)
-
akkomodieren (einquartieren; hausen; unterbringen; beherbergen; wohnen; leben)
accommoderen; onderbrengen; huizen; herbergen; huisvesten; iemand huisvesten; onderdak verschaffen; onderdak geven; onderdak verlenen-
iemand huisvesten werkwoord
-
onderdak verschaffen werkwoord (verschaf onderdak, verschaft onderdak, verschafte onderdak, verschaften onderdak, onderdak verschaft)
-
onderdak geven werkwoord (geef onderdak, geeft onderdak, gaf onderdak, gaven onderdak, onderdak gegeven)
-
onderdak verlenen werkwoord (verleen onderdak, verleent onderdak, verleende onderdak, verleenden onderdak, onderdak verleend)
-
akkomodieren (jemandem Unterkunft bieten; unterbringen; beherbergen; einquartieren)
onderdak verschaffen; plaatsen; huisvesten; herbergen; onderbrengen; onderdak geven; iemand onderdak verlenen-
onderdak verschaffen werkwoord (verschaf onderdak, verschaft onderdak, verschafte onderdak, verschaften onderdak, onderdak verschaft)
-
onderdak geven werkwoord (geef onderdak, geeft onderdak, gaf onderdak, gaven onderdak, onderdak gegeven)
-
iemand onderdak verlenen werkwoord
-
-
akkomodieren (anpassen)
Conjugations for akkomodieren:
Präsens
- akkomodiere
- akkomodierst
- akkomodiert
- akkomodieren
- akkomodiert
- akkomodieren
Imperfekt
- akkomodierte
- akkomodiertest
- akkomodierte
- akkomodierten
- akkomodiertet
- akkomodierten
Perfekt
- habe akkomodiert
- hast akkomodiert
- hat akkomodiert
- haben akkomodiert
- habt akkomodiert
- haben akkomodiert
1. Konjunktiv [1]
- akkomodiere
- akkomodierest
- akkomodiere
- akkomodieren
- akkomodieret
- akkomodieren
2. Konjunktiv
- akkomodierte
- akkomodiertest
- akkomodierte
- akkomodierten
- akkomodiertet
- akkomodierten
Futur 1
- werde akkomodieren
- wirst akkomodieren
- wird akkomodieren
- werden akkomodieren
- werdet akkomodieren
- werden akkomodieren
1. Konjunktiv [2]
- würde akkomodieren
- würdest akkomodieren
- würde akkomodieren
- würden akkomodieren
- würdet akkomodieren
- würden akkomodieren
Diverses
- akkomodier!
- akkomodiert!
- akkomodieren Sie!
- akkomodiert
- akkomodierend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie