Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Zusammenrottung:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Zusammenrottung (Duits) in het Nederlands

Zusammenrottung:

Zusammenrottung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Zusammenrottung (Ansammlung)
    de accumulatie; de groep; de bende; de samenscholing; de troep; de hoop
    • accumulatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • groep [de ~] zelfstandig naamwoord
    • bende [de ~] zelfstandig naamwoord
    • samenscholing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • troep [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • hoop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Zusammenrottung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
accumulatie Ansammlung; Zusammenrottung Ansammlung; Haufen; Häufung; Masse; Menge; Stoß
bende Ansammlung; Zusammenrottung Anhäufung; Aufhäufung; Bande; Chaos; Clan; Durcheinander; Haufen; Horde; Menge; Pfuscherei; Sauwirtschaft; Schar; Schmiererei; Schutthaufen; Sudelei; Truppe; Trümmerhaufen; Wirrwarr
groep Ansammlung; Zusammenrottung Begleitung; Ensemble; Gemeinde; Gesellschaft; Gruppe; Horde; Klasse; Schar; Schub; Stamm; Theaterensemble; Theatergesellschaft; Theatergruppe; Trupp; Truppe; Verteilergruppe; Verteilerliste
hoop Ansammlung; Zusammenrottung Anhäufung; Ansammlung; Aufhäufung; Berg; Erwarten; Erwartung; Haufen; Horde; Häufung; Klumpen; Kot; Masse; Menge; Schar; Scheiße; Stapel; Stoß; Truppe; große Masse
samenscholing Ansammlung; Zusammenrottung
troep Ansammlung; Zusammenrottung Bande; Chaos; Durcheinander; Gedränge; Gemenge; Getreibe; Haufen; Herde; Horde; Kram; Masse; Menge; Menschenmenge; Meute; Pfuscherei; Rommel; Rummel; Sauwirtschaft; Schar; Schmiererei; Schutthaufen; Schwarm; Schweinerei; Sudelei; Trupp; Trümmerhaufen; Volksmenge; Wirrwarr
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
groep gruppieren