Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Zubehörteil:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Zubehörteil (Duits) in het Nederlands

Zubehörteil:

Zubehörteil [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Zubehörteil (Zubehör)
    het hulpstuk
    • hulpstuk [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Zubehörteil:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hulpstuk Zubehör; Zubehörteil

Synoniemen voor "Zubehörteil":


Wiktionary: Zubehörteil

Zubehörteil
noun
  1. een attribuut dat als aanvulling dient