Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
- Zeichen:
-
Wiktionary:
- Zeichen → sein, teken
- Zeichen → karakter, markering, aanduiding, teken, speciaal teken, voorteken, symbool, bewijs, blijk, merkteken, wenk, adstructie, attest, certificaat, getuigenis, getuigschrift, testimonium, verklaring, getuigenverklaring
Duits
Uitgebreide vertaling voor Zeichen (Duits) in het Nederlands
Zeichen:
-
Zeichen (Markenzeichen; Handelszeichen)
-
Zeichen (Unterscheidungszeichen)
-
Zeichen (Signal; Fingerzeig; Wink)
-
Zeichen (Signal)
-
Zeichen (Geste; Gebärde; Signal; Wink)
-
Zeichen (Logo; Markenzeichen; Handelszeichen; Marke; Schutzmarke; Fabrikmarke)
-
Zeichen (Nummernschild; Kennzeichen; Erkennungszeichen; Merkmal; Merkzeichen; Vermerk; Abzeichen; Markierung; Brandzeichen)
-
Zeichen
Vertaal Matrix voor Zeichen:
Synoniemen voor "Zeichen":
Wiktionary: Zeichen
Zeichen
Cross Translation:
noun
-
Gebärde, Geste oder Laut, um auf etwas aufmerksam zu machen oder hinzuweisen
- Zeichen → sein
-
die für etwas vereinbarte festgelegte grafische, akustische oder digitale Einheit, Symbol
- Zeichen → teken
-
eine Andeutung, ein Vorzeichen für etwas Kommendes
- Zeichen → teken
-
etwas sinnlich vernehmbares, das als Hinweis für etwas dient
- Zeichen → teken
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Zeichen | → karakter | ↔ character — symbol for a sound or a word |
• Zeichen | → karakter | ↔ character — (computing) basic element in a text string |
• Zeichen | → markering; aanduiding; teken | ↔ mark — indication for reference or measurement |
• Zeichen | → teken | ↔ sign — visible indication |
• Zeichen | → teken | ↔ sign — meaningful gesture |
• Zeichen | → speciaal teken | ↔ sign — any of several specialized non-alphabetic symbols |
• Zeichen | → voorteken; teken | ↔ sign — omen |
• Zeichen | → symbool | ↔ symbol — character or glyph |
• Zeichen | → teken | ↔ token — something serving as an expression of something else |
• Zeichen | → bewijs; blijk; teken; merkteken; wenk; adstructie; attest; certificaat; getuigenis; getuigschrift; testimonium; verklaring; getuigenverklaring | ↔ témoignage — action de témoigner ; rapport d’un ou de plusieurs témoins sur un fait, soit de vive voix, soit par écrit. |