Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Zündschnur:
  2. Wiktionary:
    • Zündschnur → lont


Duits

Uitgebreide vertaling voor Zündschnur (Duits) in het Nederlands

Zündschnur:

Zündschnur [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Zündschnur (Docht; Zündung; Lunte; )
    de ontsteking; de lont
    • ontsteking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • lont [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Zündschnur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lont Docht; Entzündung; Flamme; Kerzendocht; Kontakt; Lunte; Zündschnur; Zündung
ontsteking Docht; Entzündung; Flamme; Kerzendocht; Kontakt; Lunte; Zündschnur; Zündung Ansteckung; Entzündung; Infektion

Synoniemen voor "Zündschnur":


Wiktionary: Zündschnur


Cross Translation:
FromToVia
Zündschnur lont squib — device used to ignite a rocket