Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Wahrscheinlichkeit:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Wahrscheinlichkeit (Duits) in het Nederlands

Wahrscheinlichkeit:

Wahrscheinlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Wahrscheinlichkeit
    de trefkans
  2. die Wahrscheinlichkeit
    de waarschijnlijkheid

Vertaal Matrix voor Wahrscheinlichkeit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
trefkans Wahrscheinlichkeit
waarschijnlijkheid Wahrscheinlichkeit Glaubhaftigkeit; Glaubwürdigkeit; Plausibilität; Zuverlässigkeit

Wiktionary: Wahrscheinlichkeit

Wahrscheinlichkeit
noun
  1. de mogelijkheid dat er iets gaat gebeuren

Cross Translation:
FromToVia
Wahrscheinlichkeit kans chance — probability of something happening
Wahrscheinlichkeit waarschijnlijkheid density — probability
Wahrscheinlichkeit waarschijnlijkheid likelihood — probability
Wahrscheinlichkeit waarschijnlijkheid probability — state of being probable; likelihood