Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Taschen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Taschen (Duits) in het Nederlands

Taschen:

Taschen [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Taschen (Tüten)
    de zakken; de tassen
    • zakken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • tassen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  2. die Taschen
    de zakken; de steekzakken
    • zakken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • steekzakken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Vertaal Matrix voor Taschen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
steekzakken Taschen
tassen Taschen; Tüten
zakken Taschen; Tüten
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
zakken abrutschen; aus Zink; durchfallen; durchrasseln; einnicken; einpacken; einsacken; einschlafen; einschlummern; einsinken; einstürzen; fallen; galvanisieren; herabsacken; herunterrutschen; sausen; segeln; senken; setzen; sickern; sinken; versenken; versinken; verzinken; zinken