Tafel in het Nederlands vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Tafel:
- tabel; lijst; tafel; schoolbord; bord; eetbord; staaf; reep chocolade; reep; tablet; pastille; plak
Wiktionary:
- Tafel → dis, leisteen, tablet
- Tafel → reep, stuk, blok, schoolbord, bord, lei, plank, tablet, schap, bed, bloemperk, perk, tuinbed

Duits

Uitgebreide vertaling voor Tafel (Duits) in het Nederlands

die Tafel (Tabelle; Liste; Verzeichnis; Abfassung; Stelle; Aufzählung; Abstufung; Lage; Einstellung; Ausrichtung; Aufstellung; Leiste; Aufführung; Rangordnung)
de tabel
- tabel [de ~] zelfstandig naamwoord
de lijst
– opsomming of rij van woorden, getallen, namen, enzovoort ¹
- lijst [de ~] zelfstandig naamwoord
  - ik heb hier een lijst met dertig namen¹
de tafel
– lijst van uitkomsten van regelmatige vermenigvuldiging ¹
- tafel [de ~] zelfstandig naamwoord
  - de tafel van drie begint met: een maal drie is drie, twee maal drie is ....¹
die Tafel (Wandtafel; Schultafel)
het schoolbord; het bord
- schoolbord [het ~] zelfstandig naamwoord
- bord [het ~] zelfstandig naamwoord
die Tafel (Teller; Schild; Wandtafel; Schultafel)
het bord; eetbord
- bord [het ~] zelfstandig naamwoord
- eetbord [znw.] zelfstandig naamwoord
die Tafel (Stange; Riegel)
de staaf; reep chocolade; de reep; de tablet; de pastille; de plak
- staaf [de ~] zelfstandig naamwoord
- reep chocolade [znw.] zelfstandig naamwoord
- reep [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- tablet [de ~] zelfstandig naamwoord
- pastille [de ~] zelfstandig naamwoord
- plak [de ~] zelfstandig naamwoord
die Tafel (Tisch)
de tafel
– horizontaal blad op poten ¹
- tafel [de ~] zelfstandig naamwoord
  - in het midden van de kamer stond een ronde tafel¹

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bord	Schild; Schultafel; Tafel; Teller; Wandtafel	Anzeigebrett; Anzeigetafel; Reklameschild; Werbeschild
eetbord	Schild; Schultafel; Tafel; Teller; Wandtafel
lijst	Abfassung; Abstufung; Aufführung; Aufstellung; Aufzählung; Ausrichtung; Einstellung; Lage; Leiste; Liste; Rangordnung; Stelle; Tabelle; Tafel; Verzeichnis	Aufführung; Aufstellung; Aufzählung; Beschlag; Borte; Gipfel; Grenze; Kante; Leiste; Liste; Mitgliederliste; Rahmen; Rahmen umd eine Malerei; Rand; Register; SharePoint-Liste; Tabelle; Umrandung; Verzeichnis; flache Liste
pastille	Riegel; Stange; Tafel	Hustentablette; Pastille; Tablette
plak	Riegel; Stange; Tafel	Bund; Bündel; Kostüm; Kästchen; Leim; Medaille; Orden; Paket; Postpaket; Päckchen; Stück
reep	Riegel; Stange; Tafel	Riegel; Schokolade; Schokoladenriegel
reep chocolade	Riegel; Stange; Tafel
schoolbord	Schultafel; Tafel; Wandtafel
staaf	Riegel; Stange; Tafel	Stab; Stange; Stock
tabel	Abfassung; Abstufung; Aufführung; Aufstellung; Aufzählung; Ausrichtung; Einstellung; Lage; Leiste; Liste; Rangordnung; Stelle; Tabelle; Tafel; Verzeichnis	Tabelle
tablet	Riegel; Stange; Tafel	Pille
tafel	Abfassung; Abstufung; Aufführung; Aufstellung; Aufzählung; Ausrichtung; Einstellung; Lage; Leiste; Liste; Rangordnung; Stelle; Tabelle; Tafel; Tisch; Verzeichnis	Eßtisch; Tisch

Tafel

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• Tafel	→ reep; stuk; blok	↔ bar — cuboid piece of any commodity
• Tafel	→ schoolbord; bord	↔ blackboard — a surface that can be written upon with chalk
• Tafel	→ bord	↔ board — blackboard, whiteboard, etc.
• Tafel	→ lei; schoolbord	↔ slate — sheet of slate for writing on
• Tafel	→ lei	↔ ardoise — Planchette d'ardoise pour écrire avec une craie
• Tafel	→ plank; bord; tablet; schap; bed; bloemperk; perk; tuinbed	↔ planche — ais de bois, mince et long