Duits
Uitgebreide vertaling voor Subjekt (Duits) in het Nederlands
Subjekt:
-
der Subjekt (Satzgegenstand)
-
der Subjekt (Herr)
Vertaal Matrix voor Subjekt:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
heerschap | Herr; Subjekt | |
onderwerp | Satzgegenstand; Subjekt | Aufgabe; Betreff; Inhalt eines Buches; Motiv; Thema; Thema eines Buches |
onderwerp van een zin | Satzgegenstand; Subjekt | |
sujet | Herr; Subjekt | |
vent | Herr; Subjekt | Bruder; Bursche; Freund; Gatte; Gefährte; Gemahl; Geselle; Kerl; Kerlchen; Kumpel; Mann; Partner; Teilhaber; Typ; Weib; männliche Person |
Synoniemen voor "Subjekt":
Computer vertaling door derden: