Duits
Uitgebreide vertaling voor Streik (Duits) in het Nederlands
Streik:
-
der Streik (Arbeitsunterbrechung)
-
der Streik
-
der Streik
Vertaal Matrix voor Streik:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
gestaak | Streik | |
staken | Streik | Aufhören; Ausscheiden |
staking | Arbeitsunterbrechung; Streik | |
werkonderbreking | Streik | |
werkstaking | Arbeitsunterbrechung; Streik | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
staken | aufhören; ausscheiden; einstellen; etwas aufgeben; indenAusstandtreten; streiken; unterbrechen; verzichten; weigern; zurücktreten |
Synoniemen voor "Streik":
Wiktionary: Streik
Computer vertaling door derden: