Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Strahlung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Strahlung (Duits) in het Nederlands

Strahlung:

Strahlung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Strahlung (Abstrahlung; Ausstrahlung)
    de uitstraling; de straling; de radiatie

Vertaal Matrix voor Strahlung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
radiatie Abstrahlung; Ausstrahlung; Strahlung
straling Abstrahlung; Ausstrahlung; Strahlung Schein; Schimmer
uitstraling Abstrahlung; Ausstrahlung; Strahlung Ausstrahlung; Charisma

Synoniemen voor "Strahlung":


Wiktionary: Strahlung

Strahlung
noun
  1. (natuurkunde, nld) energie in de vorm van elektromagnetische golven of subatomaire deeltjes

Cross Translation:
FromToVia
Strahlung straling radiation — Propagation d’énergie.