Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Starter (Duits) in het Nederlands

Starter:

Starter [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Starter (Anfänger; Anfängerin)
    de beginner; de aspirant; de beginneling
  2. der Starter
    de starter
    • starter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. der Starter (Anlasser)
    de startknop

Starter [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Starter (Anfänger)
    startende ondernemers; de starters

Vertaal Matrix voor Starter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aspirant Anfänger; Anfängerin; Starter Interessent; Kanditat; Mitbewerber
beginneling Anfänger; Anfängerin; Starter
beginner Anfänger; Anfängerin; Starter Anfängerin
startende ondernemers Anfänger; Starter
starter Starter
starters Anfänger; Starter
startknop Anlasser; Starter

Synoniemen voor "Starter":


Computer vertaling door derden: