Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Schweiß:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schweiß (Duits) in het Nederlands

Schweiß:

Schweiß [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Schweiß (Transpiration)
    zweten; de transpiratie; het zweet
    • zweten [znw.] zelfstandig naamwoord
    • transpiratie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • zweet [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Schweiß:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
transpiratie Schweiß; Transpiration
zweet Schweiß; Transpiration
zweten Schweiß; Transpiration Schwitzen; Transpirieren
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
zweten ausschwitzen; schwitzen; transpirieren

Synoniemen voor "Schweiß":

  • Hautausdünstung; Schweißabsonderung; Schweißsekretion; Soße

Wiktionary: Schweiß

Schweiß
noun
  1. Physiologie: Sekret der Schweißdrüsen, das Menschen beim Schwitzen absondern

Cross Translation:
FromToVia
Schweiß zweet; transpiratievocht sweat — fluid that exits the body through pores
Schweiß zweet sueur — Traductions à trier suivant le sens

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van Schweiß