Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schrein (Duits) in het Nederlands

Schrein:

Schrein [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Schrein (Kästchen; Schrank; Schränkchen; Kisten; Kistchen)
    de kast; het kabinetje; het kastje
    • kast [de ~] zelfstandig naamwoord
    • kabinetje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • kastje [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Schrein (Kästchen)
    de schrijn; relikwiehouder

Vertaal Matrix voor Schrein:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kabinetje Kistchen; Kisten; Kästchen; Schrank; Schrein; Schränkchen
kast Kistchen; Kisten; Kästchen; Schrank; Schrein; Schränkchen
kastje Kistchen; Kisten; Kästchen; Schrank; Schrein; Schränkchen
relikwiehouder Kästchen; Schrein
schrijn Kästchen; Schrein

Wiktionary: Schrein

Schrein
noun
  1. kistje

Cross Translation:
FromToVia
Schrein schrijn shrine — a holy place dedicated to a specific figure of respect
Schrein filacterion; banderol; tekstbalon in stripverhaal; amulet; talisman; gebedsriem; tefillin; shrijn phylactère — (term, Art chrétien médiéval) banderole peinte, dessinée ou sculptée, sur laquelle se déploient les paroles prononcées par le personnage que l'on représente.