Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Schnalle:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schnalle (Duits) in het Nederlands

Schnalle:

Schnalle [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Schnalle (Dirne; Schlampe; Nutte; )
    de slet; de totebel; de lellebel; de snol; de del
    • slet [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • totebel [de ~] zelfstandig naamwoord
    • lellebel [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • snol [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • del [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. die Schnalle
    de gesp
    • gesp [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Schnalle:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
del Dirne; Horizontale; Hure; Nutte; Schlampe; Schnalle; Straßenmädchen; Strichmädchen; leichtes Mädchen Dünenkessel
gesp Schnalle
lellebel Dirne; Horizontale; Hure; Nutte; Schlampe; Schnalle; Straßenmädchen; Strichmädchen; leichtes Mädchen
slet Dirne; Horizontale; Hure; Nutte; Schlampe; Schnalle; Straßenmädchen; Strichmädchen; leichtes Mädchen
snol Dirne; Horizontale; Hure; Nutte; Schlampe; Schnalle; Straßenmädchen; Strichmädchen; leichtes Mädchen
totebel Dirne; Horizontale; Hure; Nutte; Schlampe; Schnalle; Straßenmädchen; Strichmädchen; leichtes Mädchen

Synoniemen voor "Schnalle":


Wiktionary: Schnalle

Schnalle
noun
  1. (f)/(m)

Cross Translation:
FromToVia
Schnalle gesp buckle — belt clasp