Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Schimmel:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schimmel (Duits) in het Nederlands

Schimmel:

Schimmel [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Schimmel (weißes Pferd)
    de schimmel; wit paard
  2. der Schimmel
    de schimmels
    • schimmels [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  3. der Schimmel (Flechte; Ausschlag; Ergebnis; )
    de uitslag; de huiduitslag
  4. der Schimmel (Verwesung; Abstieg; Rückgang; )
    het bederf; de verrotting
    • bederf [het ~] zelfstandig naamwoord
    • verrotting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Schimmel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bederf Abstieg; Fäule; Rückgang; Schimmel; Verderb; Verfall; Verluderung; Verschlechterung; Verwesung Abfaulen; Auflösung; Verfall; Verwesung
huiduitslag Ackerkrume; Ausschlag; Endergebnis; Erfolg; Ergebnis; Flechte; Fäule; Grieben; Juckflechte; Meltau; Müll; Pflanzenerde; Resultat; Schimmel; Schimmelpilze; Torfmull; Zielscheibe
schimmel Schimmel; weißes Pferd
schimmels Schimmel
uitslag Ackerkrume; Ausschlag; Endergebnis; Erfolg; Ergebnis; Flechte; Fäule; Grieben; Juckflechte; Meltau; Müll; Pflanzenerde; Resultat; Schimmel; Schimmelpilze; Torfmull; Zielscheibe
verrotting Abstieg; Fäule; Rückgang; Schimmel; Verderb; Verfall; Verluderung; Verschlechterung; Verwesung
wit paard Schimmel; weißes Pferd

Synoniemen voor "Schimmel":


Wiktionary: Schimmel

Schimmel
noun
  1. aus einem Pilz bestehender Überzug auf organischen Substanzen
  2. weißes Pferd
Schimmel
noun
  1. een paardenras met een grotendeels witte vacht met fijne grijze of blauwige tekening
  2. een zwamsoort of substantie die op dode of levende organismen groeit.

Cross Translation:
FromToVia
Schimmel schimmel mildew — growth of minute fungi
Schimmel schimmel mold — woolly or furry growth of tiny fungi