Duits
Uitgebreide vertaling voor Schar (Duits) in het Nederlands
Schar:
-
die Schar (Menge; Schwarm; Herde; Haufen; Horde; Trupp; Masse; Volksmenge)
-
die Schar (Kohorte)
-
die Schar (Gruppe; Gesellschaft; Klasse; Gemeinde; Begleitung; Ensemble; Stamm; Schub; Horde; Trupp)
-
die Schar (Gruppe; Truppe; Trupp)
-
die Schar (Gruppe von Menschen; Trupp)
-
die Schar (Horde; Haufen; Menge; Truppe)
-
die Schar (Andrang; Menge; Schwarm; Masse; Ansturm; Gedränge; Gewühl; Trupp; Volksmenge)
-
die Schar (Mischmasch; Zusammengeraffte; Dichtung; Plunder; Schund; Horde; Schrott; Kram; Sammelsurium)
-
die Schar (Menge; Trupp; Gedränge; Getreibe; Menschenmenge; Masse; Gemenge; Volksmenge)
Vertaal Matrix voor Schar:
Synoniemen voor "Schar":
Computer vertaling door derden: