Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Sau:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Sau (Duits) in het Nederlands

Sau:

Sau [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Sau (Schwein; Ferkel)
    het varken; de vuilbek; het zwijn
    • varken [het ~] zelfstandig naamwoord
    • vuilbek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • zwijn [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. die Sau (Mutterschwein; Säue)
    de zeug; de zeugen
    • zeug [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • zeugen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  3. die Sau (Schmierfink; Schmutzfink; Dreckschwein; )
    de smeerlap; het zwijn; de viezerik
    • smeerlap [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • zwijn [het ~] zelfstandig naamwoord
    • viezerik [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  4. die Sau (Ferkel; Schweinchen; Schwein)
    jong varken; de big
    • jong varken [znw.] zelfstandig naamwoord
    • big [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Sau:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
big Ferkel; Sau; Schwein; Schweinchen
jong varken Ferkel; Sau; Schwein; Schweinchen
smeerlap Drecksau; Dreckschwein; Dreckspatz; Sau; Schmierfink; Schmutzfink; Schweinigel Aas; Dreckskerl; Ekel; Ferkel; Flegel; Gauner; Giftnudel; Grobian; Halunke; Hundsfott; Hundsfötter; Iltis; Luder; Lump; Lumpenkerl; Miststück; Mistweib; Rabauke; Schalk; Schelm; Schlange; Schlingel; Schmierfink; Schmutzfink; Schuft; Schurke; Schweinigel; Spitzbube; Stinker; Strick; Taugenichts; Weibsstück; Widerling; elende Kerl; geriebeneKerl
varken Ferkel; Sau; Schwein
viezerik Drecksau; Dreckschwein; Dreckspatz; Sau; Schmierfink; Schmutzfink; Schweinigel
vuilbek Ferkel; Sau; Schwein
zeug Mutterschwein; Sau; Säue
zeugen Mutterschwein; Sau; Säue
zwijn Drecksau; Dreckschwein; Dreckspatz; Ferkel; Sau; Schmierfink; Schmutzfink; Schwein; Schweinigel Schwein

Synoniemen voor "Sau":


Wiktionary: Sau

Sau
noun
  1. vrouwelijk varken

Cross Translation:
FromToVia
Sau zeug sow — female pig
Sau zeug; keu; trui coche — vx|fr truie, femelle du cochon.
Sau zeug; keu; trui truiefemelle du porc.