Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Ruptur:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Ruptur (Duits) in het Nederlands

Ruptur:

Ruptur [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Ruptur (Spaltung; Schisma)
    de ruptuur; de scheuring
    • ruptuur [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • scheuring [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Ruptur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ruptuur Ruptur; Schisma; Spaltung
scheuring Ruptur; Schisma; Spaltung Glaubensspaltung; Schisma; Spaltung; Uneinigkeit; Zwiedracht; Zwiespalt; Zwiespältigkeit; Zwietracht; Zwieträchte

Synoniemen voor "Ruptur":