Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Modus:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Modus (Duits) in het Nederlands

Modus:

Modus [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Modus (Art und Weise; Aussageform)
    de modus
    • modus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Modus:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
modus Art und Weise; Aussageform; Modus

Synoniemen voor "Modus":


Wiktionary: Modus


Cross Translation:
FromToVia
Modus modus mode — in computing