Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Lebensglück:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Lebensglück (Duits) in het Nederlands

Lebensglück:

Lebensglück [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Lebensglück (Lebenslust; Lebensfreude)
    de levensvreugde; levensgenot; de levenslust

Vertaal Matrix voor Lebensglück:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
levensgenot Lebensfreude; Lebensglück; Lebenslust
levenslust Lebensfreude; Lebensglück; Lebenslust
levensvreugde Lebensfreude; Lebensglück; Lebenslust