Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Klimaanlage:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Klimaanlage (Duits) in het Nederlands

Klimaanlage:

Klimaanlage [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Klimaanlage (Airconditioning)
    de airconditioning; de airco

Vertaal Matrix voor Klimaanlage:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
airco Airconditioning; Klimaanlage
airconditioning Airconditioning; Klimaanlage

Synoniemen voor "Klimaanlage":

  • Abzug; Dunstabzug; Entlüfter

Wiktionary: Klimaanlage

Klimaanlage
noun
  1. een apparaat dat voor airconditioning zorgt