Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Interruption:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Interruption (Duits) in het Nederlands

Interruption:

Interruption [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Interruption (Unterbrechung)
    de onderbreking; de interruptie; de verbreking; de breuk

Vertaal Matrix voor Interruption:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
breuk Interruption; Unterbrechung Bruch; Fraktur; Riß; Sprung; Zahnbruch
interruptie Interruption; Unterbrechung
onderbreking Interruption; Unterbrechung Arbeitspause; Aufschub; Ausspannung; Enthaltsamkeit; Enthaltung; Entspannung; Erholung; Essenszeit; Mittagspause; Pause; Ruhepause; Schulpause; Unterbrechung; Verschiebung; Verzicht; Verzögerung
verbreking Interruption; Unterbrechung Bruch; Einschnitt; Scheidung; Teilung; Trennung; Unterbrechung

Computer vertaling door derden: