Duits
Uitgebreide vertaling voor Infektion (Duits) in het Nederlands
Infektion:
-
die Infektion (Entzündung; Ansteckung)
Vertaal Matrix voor Infektion:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
infectie | Ansteckung; Entzündung; Infektion | |
ontsteking | Ansteckung; Entzündung; Infektion | Docht; Entzündung; Flamme; Kerzendocht; Kontakt; Lunte; Zündschnur; Zündung |