Hahn in het Nederlands vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Hahn:
- haan; mannelijk hoen; kraan; waterkraan; trekker van vuurwapen; macho; haantje; jong mannelijk hoen
Wiktionary:
- Hahn → Haan, tap, kraan, haan
- Hahn → haan, kraan, tap, tapkraan

Duits

Uitgebreide vertaling voor Hahn (Duits) in het Nederlands

der Hahn (Gockel)
de haan; mannelijk hoen
- haan [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- mannelijk hoen [znw.] zelfstandig naamwoord
der Hahn (Wasserhahn; Kran; Wasserkran; Hähne; Wasserhähne)
de kraan; de waterkraan
- kraan [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- waterkraan [de ~] zelfstandig naamwoord
der Hahn (Abzug von eine Feuerwaffe; Abzug; Drücker)
de haan; trekker van vuurwapen
- haan [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- trekker van vuurwapen [znw.] zelfstandig naamwoord
der Hahn (Macho; Gockel)
de macho; het haantje
- macho [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- haantje [het ~] zelfstandig naamwoord
der Hahn (Hänchen; Gockel)
jong mannelijk hoen; het haantje
- jong mannelijk hoen [znw.] zelfstandig naamwoord
- haantje [het ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
haan	Abzug; Abzug von eine Feuerwaffe; Drücker; Gockel; Hahn
haantje	Gockel; Hahn; Hänchen; Macho	Angeber; Draufgämger; Hähnchen; Kampfhahn; Kampfhähnchen; Streithahn; Wagehals; Wagemut; Windmacherei; streitsüchtigePerson
jong mannelijk hoen	Gockel; Hahn; Hänchen
kraan	Hahn; Hähne; Kran; Wasserhahn; Wasserhähne; Wasserkran	Absperrhahn; Hebezeug
macho	Gockel; Hahn; Macho
mannelijk hoen	Gockel; Hahn
trekker van vuurwapen	Abzug; Abzug von eine Feuerwaffe; Drücker; Hahn
waterkraan	Hahn; Hähne; Kran; Wasserhahn; Wasserhähne; Wasserkran

Hahn

noun

deutscher Familienname
- Hahn → Haan
Technik: eine mechanische Vorrichtung, mit der der Durchfluss von Flüssigkeiten oder Gasen gesteuert werden kann
- Hahn → tap; kraan
das männliche Tier verschiedener Vogelarten
- Hahn → haan

Hahn

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• Hahn	→ haan	↔ cock — male chicken or other gallinaceous bird
• Hahn	→ haan	↔ rooster — male domestic fowl
• Hahn	→ kraan	↔ tap — device to dispense liquid
• Hahn	→ haan	↔ coq — Gallinacé mâle
• Hahn	→ kraan; tap; tapkraan	↔ robinet — Pièce servant à retenir un fluide.