Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Gewinnanteil (Duits) in het Nederlands

Gewinnanteil:

Gewinnanteil [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Gewinnanteil (Bonus; Zuschlag; Prämie; )
    het tantième; de toeslag; de premie; de bonus; het extraatje
    • tantième [het ~] zelfstandig naamwoord
    • toeslag [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • premie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • bonus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • extraatje [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Gewinnanteil (Gewinnausschüttung; Gewinnbeteiligung; Gewinnquote)
    de winstuitkering; het tantième; de winstdeling; het winstaandeel
  3. der Gewinnanteil (Tantieme; Prämie)
    het tantième; winstdeel

Vertaal Matrix voor Gewinnanteil:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bonus Aufgeld; Aufschlag; Bonus; Extravergütung; Gewinnanteil; Gewinnausschüttung; Gratifikation; Prämie; Tantieme; Zuschlag
extraatje Aufgeld; Aufschlag; Bonus; Extravergütung; Gewinnanteil; Gewinnausschüttung; Gratifikation; Prämie; Tantieme; Zuschlag
premie Aufgeld; Aufschlag; Bonus; Extravergütung; Gewinnanteil; Gewinnausschüttung; Gratifikation; Prämie; Tantieme; Zuschlag Gratifikation; Prämie; Versicherungsprämie
tantième Aufgeld; Aufschlag; Bonus; Extravergütung; Gewinnanteil; Gewinnausschüttung; Gewinnbeteiligung; Gewinnquote; Gratifikation; Prämie; Tantieme; Zuschlag
toeslag Aufgeld; Aufschlag; Bonus; Extravergütung; Gewinnanteil; Gewinnausschüttung; Gratifikation; Prämie; Tantieme; Zuschlag Belastung; Zuschlag
winstaandeel Gewinnanteil; Gewinnausschüttung; Gewinnbeteiligung; Gewinnquote Gewinnausschüttung; Gewinnbeteiligung; Gewinnquote
winstdeel Gewinnanteil; Prämie; Tantieme
winstdeling Gewinnanteil; Gewinnausschüttung; Gewinnbeteiligung; Gewinnquote Gewinnbeteiligung
winstuitkering Gewinnanteil; Gewinnausschüttung; Gewinnbeteiligung; Gewinnquote

Synoniemen voor "Gewinnanteil":

  • Dividende